Recensie ‘Evolutie, het nieuwe studieboek’ door Gerdien de Jong

junkerschererOp de site van Gert Korthof staat in twee delen (deel 1, deel 2) een uitgebreide recensie van het boek ‘Evolutie, het nieuwe studieboek’ door Junker en Scherer. Voor discussie verwijs ik naar die site, het is niet de bedoeling de discussie hier te voeren.  Hieronder zet ik even de BioNieuws versie van de recensie die Gerdien eerder als reactie onder een andere stuk over dit boek op deze site heeft gezet.

Ik hoop in de komende weken met het boek aan de slag te gaan.

 

Recensie in Bionieuws 11 december 2010.

Misleidend evolutieboek vol vooroordelen

door Gerdien de Jong

Evolutie – het nieuwe studieboek is ‘een internationaal standaardwerk over evolutiebiologie’, dat een ‘diepgaande analyse geeft van de laatste stand van de evolutiebiologie’. Zo prijst Stichting De Oude Wereld haar nieuwe boek aan, een vertaling van Evolution – ein kritisches Lehrbuch.
Dit boek is geen studieboek, noch een standaardwerk over evolutiebiologie; het heeft geen weet van de laatste stand van de evolutiebiologie. Het is een gedetailleerde bestrijding van evolutie door schrijvers die toegang hebben tot de wetenschappelijke literatuur en in een wetenschappelijke stijl schrijven. Ondanks de wetenschappelijke verpakking bestaat het boek uit vooroordeel, misleiden, weglaten en verdraaien.
Auteurs Junker en Scherer geven toe dat methodisch naturalisme leidt tot een evolutionaire interpretatie van de geschiedenis van het leven. J&S beweren echter dat evolutie van niet-wetenschappelijke vooronderstellingen uitgaat, zoals ‘eenvoud aan het begin’; zulke vooronderstellingen zijn er niet. Deze draai is nodig voor hun poging ‘het Bijbels ontstaansmodel’ op gelijke voet met evolutie te stellen. Dat model vraagt volgens hen een vergaande grensoverschrijding tussen natuurwetenschap, natuurfilosofie en theologie.
Evolutie stelt dat groepen soorten die door onderlinge kruisingen verbonden zijn de basis vormen voor de biologie: een basistype. In de praktijk vormen families de klassieke systematiek. Geen kruisingen tussen families? Dan is dus geen gemeenschappelijke voorouder. Het idee van gescheiden basistypen is een ontkenning van de patronen in de levende natuur.

Middenoorbeentjes
Junker en Scherer benadrukken problemen bij het opstellen van een moleculaire indeling en geven alleen voorbeelden die moeilijkheden moeten demonstreren. Ze geven de moleculaire fylogenie van katten, en accepteren daar de interpretatie van verwantschap. Maar de sterk onderbouwde moleculaire fylogenie van de zoogdieren ontbreekt, terwijl deze op dezelfde principes berust. Wie de verwantschap van katten onderschrijft, kan moeilijk verwantschap van de zoogdieren op basis van de moleculaire fylogenie ontkennen, of die van alle dieren.
De oorsprong van de middenoorbeentjes wordt in de evolutiebiologie als zwaarwegende aanwijzing voor de afstamming van de zoogdieren gezien. Hamer en aambeeld worden vanuit de eerste kieuwboog aangelegd, en vormen de verbinding met het primaire kaakgewricht. In de fossielen is de verandering van het kaakgewricht te volgen, van de therapsiden naar de zoogdieren. Junker en Scherer benadrukken een obscure morfologische studie uit 1984 die de overweldigende consensus tegenspreekt. Ook vindenze het primitieve zoogdier Morganucodon onvoldoende bewijs voor een verbinding tussen de therapsiden en de zoogdieren. Wat zou ooit wel genoeg zijn?
Van de mens geven ze geen fylogenie, maar ze bespreken tien hypothesen over zijn ontstaan, als ‘Australopithecus africanus is de voorouder van de mens’, en ‘Australopithecus afarensis’ is de voorouder van Homo’. Aanwezigheid van een fylogenie zou direct duidelijk maken dat het hier niet om tegenstrijdige hypothesen gaat. In Evolutie wordt beweerd dat de oudste Homo sapiens fossielen uit het Midden-Oosten komen en dat de huidige mens zich van daar verspreid heeft, ook naar Afrika. Zes bladzijden eerder staan de oudste <i<Homo sapiens fossielen in een figuur vermeld, die echter werden gevonden in Ethiopie. Deze fossielen worden niet besproken.
Evolutie geeft systematisch een karikatuur van evolutiebiologie. Gemeenschappelijke afstamming mag niet: het is in strijd met het geloof van schrijvers en vertalers Dan blijft over: de evolutiebiologie in kwaad daglicht stellen, de grote lijn en grote samenhang weglaten en elk onderdeel ontkennen tot je er bij neer valt.

Please follow and like: